BOER PETRUS ARENDSZ VERTREKT NA RUIM VEERTIG UIT DE HEGEWARREN: ‘HET PLAATJE MOET KLOPPEN OP DE NIEUWE BOERDERIJ'
Boer Petrus Arendsz is op zoek naar een nieuwe boerderij. Hij boert in De Hegewarren, maar doordat deze polder erg hard inklinkt, grijpt de provincie in. Het gebied moet worden teruggegeven aan de natuur. Op dezelfde manier doorboeren is geen optie en daarom zoekt Arendsz dus een nieuw plekje. Dat valt niet mee.
,,Misschien hebben we het vinden van een nieuwe boerderij ook wel een beetje onderschat. Als je ongeveer in dezelfde omgeving wil blijven, valt het vinden van een nieuwe plek tegen", vertelt Arendsz, die al tientallen jaren woont en werkt in De Hegewarren. De familie Arendsz verhuisde in 1975 vanuit Drachten naar de polder ten zuiden van het Nationale park de Alde Feanen.
,,De afgelopen tientallen jaren hebben wij hier altijd goed kunnen boeren. Dit is ons plekje”, vertelt de Oudegaaster. Turend naar de weilanden, die in het vroege voorjaar nog wel even de tijd nodig hebben om op te starten. ,,Eigenlijk lopen wij hier standaard drie weken achter op de boeren uit Oudega (SM) Dat komt door het koude buitenwater van het voorjaar. Gelukkig halen we de schade in de herfst vaak wel weer in. Soms hebben we de koeien nog buiten lopen tot in december.” Arendsz boert op klei-op-veen, dus de vruchtlaag is erg goed.
Plannen
Het gesprek wordt voortgezet in de vier jaar oude ligboxstal, die voor ruim 100 koeien bestemd is. Wanneer het gesprek op het punt van beginnen staat, komt Petrus’ twintigjarige zoon binnen. Praktische vragen over het mixen van de mestput, want het werk gaat gewoon door. ,,Mijn beide zonen zijn boerenjongens, die leven op het platteland. Als het een beetje meezit, heb ik dus een opvolger voor het bedrijf.”
Dat moet dan wel op een andere worden voortgezet. Arendsz: ,,De eerste signalen waren er al in 1982. Daarna bleef het een hele lange tijd stil. In 2018 kwamen de plannen voor deze polder weer op tafel te liggen.” Hij vindt het jammer dat de provinciale plannen om van de polder weer natuur te maken de afgelopen jaren concreet zijn geworden, want vier jaar geleden durfde de Oudegaaster het nog aan om de nieuwe stal te zetten. ,,Toen was het nog niet bekend. Dat maakt het extra spijtig om te vertrekken. Daar zijn wij ook wel verdrietig om. Mijn vrouw komt uit de stad, maar ze had de tranen in de ogen toen ze hoorde dat we gingen verhuizen. Het is ook wel tekenend voor het beleid van tegenwoordig. Geen langetermijnvisie.”
Natuurboer
Arendsz merkt zelf tijdens het boeren in de polder niks van de bodemdaling. Zelf houdt hij de waterpeilen in de boeren sloten ook hoog, want je wil het veen zeker niet laten verdrogen. ,,Je moet de spons op zijn minst een halve meter van het maaiveld houden. Dan zit het wel goed.” Als de agrariër blijft boeren op dezelfde locatie, wordt hij geacht de bedrijfsvoering anders in te richten. Dat betekent meer doen voor de natuur, zoals weilanden inrichten met een erg hoog waterpeil, maar die vlieger gaat voor de 49-jarige Arendsz niet op ,,Wij zijn het type mens daar niet voor. Dat moet je dan ook maar willen en kunnen. Natuurlijk hebben wij door de jaren heen hier veel gedaan qua waterstand, maar de provincie en It Fryske Gea zien liever dat de overgang van natuur naar landbouw minder zwartwit is. Als je dat wil, kan je hier blijven, maar dat doen we niet.” Maar wat moet er dan gebeuren met de 50 hectares grasland van Arendsz? Bewoners van de polder mogen zelf een herinrichtingsplan gaan opstellen om ervoor te zorgen dat het veen in de polder niet nog meer verteert. Zelf zit hij te denken aan een natuurlandschap, waar gerecreëerd kan worden ,, Een arkje bij het water of nieuwe recreatiehuisjes. Of ze laten het land hier onder water lopen." Er zijn volgens de agrariër ook geruchten dat er een vaarweg doorheen komt. Dat zou Arendsz goed uitkomen, omdat hij dan meer kan vangen voor zijn boerenbedrijf.
Arendsz geeft ook een andere reden voor het vertrek, want stel dat de boerenfamilie wel op dezelfde plek blijft boeren, moet hij verder als natuurboer, met extensieve landbouw. Het gevolg daarvan is dat zijn land minder waard wordt, dus als het boerengezin later toch onverwachts gaat verhuizen, kan hij minder krijgen voor zijn hectares. ,,Het verhaal is eigenlijk heel simpel. Als wij een nieuwe plek vinden, met dezelfde omstandigheden als hier en de provincie Fryslân helpt ons met de financiering, dan gaan wij hier met een gerust gemoed weg. Het plaatje moet kloppen op de nieuwe boerderij, maar vooralsnog hebben we deze nog niet gevonden."